Utrechtse Kronieken
sleutels tot de Utrechtse geschiedenis
Uw zoekacties: Domkapittel te Utrecht

216 Domkapittel te Utrecht ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Het kapittel en zijn leden
Het archief
Addendum
Inventaris
6. Prelatuurschappen, Vicarieën en Officies
6.14. De vicarieën
6.14.33. De zielpriesters
216 Domkapittel te Utrecht
Inventaris
6. Prelatuurschappen, Vicarieën en Officies
6.14. De vicarieën
6.14.33.
De zielpriesters
NB:
Het Registrum vicariarum et bonorum earundem ecclesiae Trajectensis van ca. 1500 vermeldt twee bedienaren van het altaar van het H. Kruis voor het koor en drie zielpriesters, ook de voor hun dienst beschikbare voorwerpen, maar geen bona assignata, zoals bij andere vicarieën het geval was. Toch staat het vast, dat voor de zielpriesters althans goederen waren aangewezen geweest. De landerijen te Beusichem in het land van Buren, die in de stichtingsbrieven genoemd worden, treft men aan onder de ontvangsten in de rekeningen van de Kleine Kamer, die ook bezwaard waren met jaarlijkse uitkeringen aan de zielpriesters. De renten uit enkele huizen in de stad kunnen deze zelf rechtstreeks ontvangen hebben, totdat de huizen verkocht werden, men vindt dan vanaf 1551 de rente wegens een verkocht huis in de Regenboog, sinds 1554 een andere wegens een verkocht huis op de Dam, in de rekeningen van de Bona divisa. Deze renten verschijnen in 1692 in de rekening van de Geacquireerde vicarieën. In de vereenvoudigde rekeningen over 1752 en later worden de zielpriesters niet meer genoemd. Hun taak blijkt uit de oorkonde van 1340, zie Rechtsboek p. 21. Volgens een resolutie van het kapittel van 5 mei 1517 mocht de deken, die de collatie had, de prebende alleen geven aan een gebeneficieerd vicaris. Op 12 mei 1581 heeft één van de zielpriesters zijn prebende voor een lijfrente aan het kapittel verkocht, zie hiervoor de akte in het register van rentebrieven.
Organisatie: Het Utrechts Archief
Bijlage
Regesten
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1220-1811
Toegangstitel:
Inventaris van het archief van het kapittel van de Dom te Utrecht (722) 1220-1811 (1841)
Auteur:
K. Heeringa
Datering toegang:
1929
Datering bewerking:
2003
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Overbrenging van een overheidsarchief
Omvang:
942 charters; 124 bladen kaarten; 22 bladen tekeningen; 170,28 m oude verpakking
Rubrieken: