Utrechtse Kronieken
sleutels tot de Utrechtse geschiedenis
Uw zoekacties: Archieven, bewaard bij het stadsbestuur van Utrecht, behoren...

708 Archieven, bewaard bij het stadsbestuur van Utrecht, behorend aan de stad ('Bewaarde archieven I') ( Het Utrechts Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Oorspronkelijke inleiding
Bewerkingsgeschiedenis
Inventaris
4. Archieven van kloosters, 1284-1803
4.3. Vrouwenkloosters
4.3.05. Convent van St. Ursula
N.B. Op het laatst der veertiende eeuw leefde te Utrecht 'onder die Smeden' Braem Dole, een vroom burger van aanzienlijk geslacht, met zijne echtgenoote Korstine. Hij behoorde tot de kringen der moderne devotie en was dan ook in 1399 getuige bij het besluiten der zusters van het eerste klooster dezer richting, St. Cecilia. * 
In hun testament van Dinsdach na St. Gregoriusdach 1408 maakten de echtelieden hunnen kinderen Jacob en Lisebet tot erfgenamen *  ; maar de zoon werd priester en denkelijk is de dochter wel ten klooster gegaan in het gesticht, dat Braem Dole stichtte op de plaats, waar het huis Dromenburch verrees. *  De oudste vermelding van dit klooster dateert uit 1396, in welk jaar het begijnhuis van St. Nicolaas eene mater uit de begijnen van St. Ursula koos *  . Den 9 oktober 1412 verleende bisschop Frederik van Blankenheim zijne toestemming tot de insluiting der zusters. *  Zij namen den derden regel van St. Franciscus aan en kozen St. Ursula en hare Elfduizend maagden tot hare patronessen; hoewel zij gewoonlijk als het 'Braem Dolen-convent' (later verbasterd in: Brandoly) aangeduid werden. Later gingen de zusters over tot de orde der reguliere kanunnikessen en lieten zich besluiten naar een bijzonder strengen regel: 'omnino clausum fuit, nec exire semel initiatis puellis unquam licuit,' zegt Buchelius. * 
De gebouwen van het kloostser strekten zich blijkbaar vrij ver uit. Het had eene poort aan de Oudegracht *  en ook eene aan de Nieuwstraat *  , terwijl de kapel aan de Hamburgerstraat grensde en denkelijk ook wel van daar uit toegankelijk zal zijn geweest.
In mei 1602 werden vele perceelen van het klooster door den rentmeester getransporteerd *  en zeker wel tot particuliere woningen ingericht. Bij Vroedschapsresolutie van 13 juni 1636 werd den 2en kameraar gelast 'op de soldering in de Abramdolykerck te doen stellen d'Anatomie'. In haar vergadering van 23 april 1742 werd de Vroedschap opmerkzaam gemaakt op 'den bouvalligen toestand van het Abrandolikerkje, tot welcker reparatien en herstelling groote kosten vereyscht wierden', waarop besloten werd 'dat de catechisatie tot heden aldaar geheuden, ald nu ter saache voorschreeve zal worden overgebragt in de Catharijne kerk'. Bij haar besluit van 4 februari 1743 'heeft de Vroedschap (...) goedgevonden aan de supplianten (die vanden kerkerraad toegedaan de onveranderde Augsburgse beleydenis) gratieuselijk te accorderen en in eygendom over te geven het Abraham Dolykerkje, omme op 't erff van 't selve. te doen bouwen een nieuwe kerck...' De kloosterkapel werd daarmee bestemd tot Luthersche kerk *  , waartoe zij nog steeds dient. Ook eene poort van het klooster in de Lange Nieuwstraat bestaat nog; terwijl het Abrahamdole-steegje nog aan het gesticht herinnert.
1129 Akte, waarbij de stad Utrecht aan het convent vergunt, om op 'onser stadt werve' een waschhuis te bouwen, niet hooger dan andere huizen en niet nader dan 5 Utrechtse voeten aan de gracht, 1468 juli 15 i
708 Archieven, bewaard bij het stadsbestuur van Utrecht, behorend aan de stad ('Bewaarde archieven I')
Inventaris
4. Archieven van kloosters, 1284-1803
4.3. Vrouwenkloosters
4.3.05. Convent van St. Ursula
1129
Akte, waarbij de stad Utrecht aan het convent vergunt, om op 'onser stadt werve' een waschhuis te bouwen, niet hooger dan andere huizen en niet nader dan 5 Utrechtse voeten aan de gracht, 1468 juli 15
Datering:
1468 juli 15
Reden geen uitleen:
Het stuk is digitaal beschikbaar
Omvang:
1 charter

Gebruik CTRL + scroll om te scrollen

Ga
Organisatie: Het Utrechts Archief
Bijlage
Regesten
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1284-1813
Toegangstitel:
Inventaris van de bij de archieven van het stadsbestuur van Utrecht bewaarde archieven, behorend aan de stad ('Bewaarde Archieven I'), 1284-1813 (1885)
Auteur:
S. Muller Fz.
Datering toegang:
1913
Datering bewerking:
1996, 2006, 2013
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Rechtstitel:
Overbrenging van een overheidsarchief
Omvang:
38,5 m